Het
neoclassicisme in de muziek ontwikkelde zich tussen de beide wereldoorlogen (ca 1918-1950). Uit nostalgie en als tegenbeweging van de romantiek en het
impressionisme beoogden de vertegenwoordigers van deze stijl de
barokke (Pergolosi en
Bach) en klassieke vormen nieuw leven in te blazen (
Gluck,
Haydn,
Mozart). Het
ballet Pulcinella van
Igor Stravinsky markeert het begin van deze periode, waarvan
Paul Hindemith tevens een van de belangrijkste vertegenwoordigers was.