[Latijn: dulcis,
Nederlands: zoet], blaasinstrument met dubbele pijpen. De dulzian is een uit een
houten pijp bestaand schouderbladinstrument met twee pijpen, een u-vormige gebogen conische boring en een korte blaaspijp uit metaal. Het
houten blaasinstrument dat een vroege vorm van de fagot is, heeft 7 à 8 gaten voor de grepen en twee duimgaten. Bij het
orgel wordt de term dulzian zowel voor een tongenregister met cilindrisch opzetstuk als voor een nauw mesuur labiaalregister gebruikt.