cis
1. (Italiaans: 'do diesis'; Frans: 'do of ut dièse'; Engels: 'C sharp'; Vlaams: 'do kruis'), naam van een in ieder octaafgebied eenmaal voorkomende noot, de met een halve toon verhoogde C.2. de afkorting voor de drieklank met Cis als grondtoon, Cis voor de grote drieklank: cis-eis-gis; cis, voor de kleine drieklank cis-e-gis;
3. de afkorting voor een toonsoort, Cis voor Cis grote terts, cis voor cis kleine terts. Cis heeft 7 kruisen, cis 4 kruisen als voortekening.
1. de met een halve toon verhoogde eerste toon van de toonladder van c.
2. aanduiding voor de toonsoort van cis kleine terts